Belofte en Powerzone renner Arne Bauters heeft de bergen veroverd. Hij eindigde 2de in het algemeen klassement van Granfondo La Marmotte. Een vermogensanalyse van zijn topprestatie.
Traditioneel zijn de Franse Alpen het decors voor La Marmotte tijdens het eerste weekend van juli. Dit is een tocht over 180km gekruid met 4 cols: Col du Glandon, Col du Telegraphe, Col du Galibier en Alpe d’Huez. Jaarlijks starten hier meer dan 5000 sportievelingen om deze uitdaging tot een goed einde te brengen. Het concept is zoals bij een loopmarathon. Vooraan is er een startvak met renners die hun strepen al verdiend hebben en die strijden voor de overwinning. In de vakken erna komt de rest aan bod. Dit jaar hadden we met Arne Bauters een renner in vak 1. Hij wilde meedingen voor een top 10 notering. Arne plukte gretig de vruchten van een klimstage de week ervoor.
We kijken eerst naar zijn performance management kaart. De eerste weken van juni trainde Arne minder door examens, vanaf 21 juni zie je in de ATL-curve terug een opbouw met een piek op 6 juli. La Marmotte vond plaats op 8 juli. Met slechts 2 dagen herstel na de klimstage was het de vraag of hij fris genoeg was voor deze onderneming. Zijn frisheidscurve (TSB, gele lijn) stond immers op -30 terwijl je voor een piekprestatie tussen -10 en 10 zou verwachten.
Toch kon Arne tijdens deze La Marmotte beslag leggen op de 2de plaats algemeen, ondanks de vermoeidheid van de klimstage. Hoe is dit te verklaren?
Topprestatie na klimstage
Allereerst is La Marmotte een puur uithoudingsevenement. Explosiviteit komt er niet aan te pas, de belangrijkste eigenschap is lang een hoog vermogen kunnen volhouden zonder teveel versnellingen of demarrages. Het zijn net de korte hevige inspanningen die meer frisheid vragen. Als je vermoeid bent, zullen eerst je kracht en snelheid verminderen en pas daarna het uithoudingsvermogen.
Dit betekent dat het FTP de prestatiebepalende factor is in dit soort evenementen. Laat dit nu net een sterk punt van Arne zijn. Zijn FTP op dit moment bedraagt 5.15W/kg wat behoorlijk goed is. Ter vergelijking, de gemiddelde belofte haalt rond de 4.5-4.8W/kg. Verder is Arne zeer resistent tegen vermoeidheid op gebied van uithouding. Hij kan meerdere dagen zonder sterk verval rijden en ook langdurige inspanningen kan hij goed aan. Dit blijkt ook uit de cijfers van zijn La Marmotte.
Straffe gemiddelden
Als we naar de gemiddelden kijken zijn deze al zeer sterk. Arne legde La Marmotte af in 6u08. Aangezien de afdaling van de Col du Glandon wegens valrisico geneutraliseerd is, klokte Arne’s af op 5 uur 41 minuten 8 seconden.
Zijn gemiddeld vermogen bedraagt 4.06W/kg, terwijl zijn genormaliseerd vermogen 4.64W/kg bedraagt. Hij verbruikte tijdens deze rit 5652 kilo caloriën aan energie. Dit gaf een training stress score van 481. Een indrukwekkend getal.
Ter vergelijking halen we etappe 17 van de tour 2017 bij. Deze werd gewonnen door Primoz Roglic. Trainingpeaks geeft een inkijk in de data van enkele renners op volgende link: https://www.trainingpeaks.com/blog/stage-17-power-analysis-decisive-battle-alps/ Roman Kreuziger reed deze etappe over eveneens Glandon/Croix de Fer, Telegraphe en Galibier uit op de 29ste plaats. Hiervoor reed hij over de 183km 5u20 met een gemiddeld vermogen van 4.02W/kg en een genormaliseerd vermogen van 4.69W/kg. Hij verbruikte 5192 kilocaloriën en had een TSS van 330. Op het eerste zich lijken deze cijfers op elkaar. Het verschil zit natuurlijk in de plaatsing van de rit (etappe 17van de tour tegenover 1 week klimstage ervoor) en het percentage van het FTP waaraan gereden is. Bij Arne was dit 88% terwijl dit bij Kreuziger slechts 78% is. Dit is uiteraard een wereld van verschil. Toch blijven het indrukwekkende cijfers van Arne.
Enkele passages belicht
In het hoogteprofiel zijn duidelijk de cols te onderscheiden. De Col du Glandon is vrij onregelmatig met zelfs 2 afdalingen. Op deze col zit het ganse pak nog samen en wordt er een eerste schifting gemaakt. Er zijn wat versnellingen wat voor een wat grilliger verloop zorgt van het vermogensprofiel en hartslagprofiel. De eerste blok tot op de top van de Glandon reed Arne aan 4.13W/kg gemiddeld of 4.6W/kg normalized.
Dit is nog ruim onder zijn FTP. De afdaling van de Glandon is rustig aan genomen. Na de afdaling volgt een stuk vallei dat lichtjes vals plat omhoog loopt (tussen 2u en 2u35). Hier haalt Arne zijn piek 5’ waarde. Voor een klimtocht is dat een wel zeer vreemde plaats. Dit komt echter doordat hij aan het einde van de afdaling een plaspauze nam en dit terug moest dichtrijden wat hem wel wat krachten kostte.
Op de Telegraphe reed hij zeer sterk met de besten mee naar boven. Hij deed 39 minuten over de Telegraphe aan een genormaliseerd vermogen van 5.15W/kg. Dit is dus een inspanning op FTP voor Arne. Op de Galibier trok hij die inspanning door met een genormaliseerd vermogen van 4.76W/kg. Hier dunde hij door enkele korte hevigere inspanningen zelf de groep uit tot ze nog maar met 3 man op de top overbleven. De laatste kilometer reed hij nog aan zijn FTP omhoog om de rest pijn te doen. De afdaling van de Galibier is voor een groot deel een bijtrap afdaling. Het eerste deel is wat technischer en steiler. In deze afdaling verloor Arne La Marmotte en loste hij van de 2 medeleiders waardoor hij alleen kwam te zitten en hij met 2 minuten achterstand aan
Alpe d’Huez moest beginnen. Dat deze afdaling geen echt herstelmoment is, bewijzen de cijfers. Gedurende dit stuk haalt Arne nog steeds een genormaliseerd vermogen van 4.14W/kg wat erop wijst dat hier nog steeds stevig moet getrapt worden.
De slotklim naar Alpe d’Huez toont een daling in zowel hartslag als vermogen. Dit is te wijten aan vermoeidheid. Genormaliseerd reed hij deze klim nog aan 4.86W/kg. De eerste 6 minuten kon hij nog aan FTP volbrengen, maar daarna zakte het vermogen wat weg naar 4.84W/kg.
Wat hebben we geleerd?
- De uithouding van Arne staat op punt. Alpe d’Huez bracht een klein verval in vermogen, maar zeker niet dramatisch. Ook zijn power/hartslagverhouding zat op -4.8% wat betekent dat hij deze inspanning uithoudingsgericht aankan.
- Het klimmen gebeurt vooral op cadans. Hij rijdt de cols respectievelijk aan 91, 92 en 86 rpm op. Extra krachttraining zou hem nog meer vermogen kunnen laten halen als hij deze cadansen kan aanhouden
- Hij gaat nergens boven FTP, ook aan het einde niet als het er echt toe doet. Dit is een eigenschap die in wedstrijden wel belangrijk is. Als je een gat wil maken, moet je in staat zijn om 5 tot 10 minuten aan een vermogen dat een eind boven FTP ligt te rijden. Dit is nog een werkpunt. (dit werkpunt wordt uiteraard niet alleen uit deze rit gehaald)
- We kijken met Arne uit naar de eerste rittenkoers met lang klimwerk. Aangezien hij deze prestatie nog kan leveren aan het einde van een stageweek, is het zeker de moeite om te kijken hoe ver hij in rittenwedstrijden kan geraken.
- Tactisch kan er nog worden bijgeschaafd. Arne had op voorhand geen tactische richtlijnen mee gekregen en was op de bevoorrading van de organisatie aangewezen. De timing van de plaspauzes en eigen bevoorradingen op geregelde tijdstippen kunnen nog dat procentje verschil geven.